GELUIDSABSORBERENDE WANDEN KHUFU
TECHNISCHE EIGENSCHAPPEN
De betonnen wand, conform CE EN 14388, is corrosie- en weersbestendig, vervaardigd uit niet-brandbaar materiaal en bestaat uit één of meerdere elementen. De elementen hebben aan de achterzijde een dragende betonstructuur en aan de voorzijde een absorberende openporige oppervlaktestructuur in lichtgewicht beton. De elementen moeten op een betonnen plint rusten met een dikte die afgestemd is op de dragende betonwand.
Betonkwaliteit: C 40/50
Omgevingsklasse: EE4
Milieuklasse: XC4 – XF4
De geluidsabsorberende poreuze laag bestaat uit een lineair, verticaal designpatroon met trapezoïdale balken met een totale dikte van ± 180 mm. Ze bestaat uit cementgebonden geëxpandeerde kleikorrels met een korrelgrootte die schommelt tussen 1 en 5 mm. Door zijn cementgebondenheid is het profiel van het absorberend gedeelte onveranderlijk en niet vervormbaar. Een golfpatroon zorgt voor de optimale absorptie van zowel de geluidsfrequenties van weg- als deze van spoorverkeer.
AKOESTISCHE EIGENSCHAPPEN
De geluidsabsorptie DLα van het geluidsscherm bedraagt 12 dB voor het verkeerspectrum en 14 dB voor het TGV spectrum volgens NBN EN 1793-1
De luchtgeluidsisolatie DLR bedraagt 42 dB (hoogste kwaliteitscategorie luchtgeluidsisolatie B4, isolatie volgens NBN EN 1793-2
De metingsresultaten voor absorptie ‘in situ’ volgens NBN EN 1793-5 voor het ‘paneel’ DLRI bedragen steeds >5 dB.
De metingsresultaten voor luchtgeluidsisolatie ‘in situ’ volgens NBN EN 1793-6 bedragen: DLSI,E (midden van het paneel) 65 dB, DLSI,P (steunpaal): 48 dB.
ARCHITECTONISCHE EIGENSCHAPPEN
De voorzijde van de wand heeft een specifieke vorm, ontworpen voor een optimale geluidsabsorptie. De wand kan worden uitgevoerd in verschillende kleuren door toevoeging van kleurpigmenten (groen, bruin, oker, …), waardoor men afwisseling in het uitzicht kan bekomen. De geprofileerde openporige vorm aan de voorzijde maakt de wand absoluut niet aantrekkelijk voor graffiti. Boven kan er een extra 3D structuur aangebracht worden met behoud van performantie.
MONTAGE
De elementen/wanden rusten op een betonnen plint met een dikte die is aangepast aan het dragende gedeelte van de geluidswand in beton. De bevestiging van de elementen aan de verticale steunprofielen gebeurt door middel van een railsysteem, reeds ingewerkt in de achterzijde van de geluidswand. De geluidswanden, alsook de plinten, worden bijgevolg vóór de steunprofielen geplaatst, dit om akoestische lekken ter hoogte van de profielen zo veel mogelijk te beperken.